De KNVB wil in de strijd tegen de agressie op de amateurvelden buitenspel afschaffen buiten de zestien meter, de zestienmeter lijn moet dan doorgetrokken worden tot de zijlijn voor buitenspel. Wij denken dat dit niet gaat helpen en het ook nog averechts kan gaan werken. Eerst maar eens een stukje historie:
De buitenspelregel werd samen met andere basisregels van het voetbal in 1848 in Cambridge op papier gezet. In de loop der tijd is veel gewijzigd:
1848: een aanvaller moest meer dan drie spelers voor zich hebben om geen buitenspel te staan
1866: meer dan drie werd tenminste twee
1925: tenminste drie werd twee (wat toen tot een enorme stijging in het aantal doelpunten veroorzaakte);
1990: gelijk staan met de tegenstander was tot nu toe buitenspel; In 1990 niet meer en het werd alleen nog maar bestraft als het ook hinderlijk was.
Volgens de in te voeren spelregelwijziging is bij profs 5 millimeter buitenspel en bij de amateurs is 30 meter buitenspel nog niet eens strafbaar, terwijl we het toch echt over dezelfde sport hebben… Spelers die voor het eerst te maken krijgen met de ‘volledige’ buitenspelregel, zullen heel erg moeten wennen; dat lijkt ons niet goed voor diegenen die de capaciteiten voor de top hebben, dus zijn wij vooral benieuwd tot welk niveau de KNVB de buitenspelregel wil aanpassen, want dit schaadt het topsportklimaat: als je niet van jongs af aan leert hoe buitenspel werkt, hoe kun je dan op topniveau presteren als de buitenspelregel daar wel geldt? Oranje heeft het al moeilijk genoeg om prijzen te pakken, maar met het invoeren van deze wijziging kunnen we het al helemaal schudden…
Als het criterium wordt dat alleen bij wedstrijden waar met neutrale assistenten gewerkt wordt de buitenspelregel nog volledig geldt, dan kan al vanaf eerste klasse niet meer met huidige buitenspelregel gespeeld worden en dat is toch echt ondenkbaar. De vraag is dan ook of dit een doordacht plan is of een ‘losse flodder’, want er is in onze ogen zijn er veel betere alternatieven: assistenten adviseren niet meer over buitenspel of, beter nog: pak het probleem aan waar het begint.
Wij hebben namelijk altijd geleerd dat je een probleem bij de wortel moet aanpakken. Dus: als een clubassistent ten onrechte vlagt voor buitenspel, dan kan hij zich natuurlijk een keer vergissen, dat is menselijk. Maar als dat gaat opvallen, dan heb je als scheidsrechter genoeg middelen om daar wat tegen te doen. Maak daar gebruik van en wees duidelijk en consequent.
Als het publiek zich teveel richt op de assistent door zich negatief uit te laten, dan is daar een rol weggelegd voor het bestuur van de betreffende vereniging. De scheidsrechter kan dat via de aanvoerder spelen, zodat hij zelf meer buiten schot blijft. Een soortgelijke behandeling zoals nu gehanteerd wordt tegen spelers die willen protesteren, maar dan met hardere maatregelen.
Ander alternatief: Als de scheidsrechter denkt dat het duidelijk buitenspel is, dan fluit hij en anders niet. Dan heb je geen agressor meer langs de lijn voor spelers en publiek, in andere landen gebeurt dit al zo op deze wijze. De clubassistent is er dan wel, maar die staat op de middenlijn en geeft alleen een vlagsignaal als de bal uit is. Hij bepaalt niet eens voor wie, dat is aan de scheidsrechter.
Bijkomend voordeel voor de scheidsrechter is dat hij sneller geneigd is van de diagonaal af te wijken. De scheidsrechter kan gewoon de kortste weg kiezen als het spel weer de andere kant op gaat. Boerenverstand tipt het bestuur dit dilemma over buitenspel op de eerst volgende praatavond ter sprake te brengen. We zijn benieuwd welke suggesties en welke creatieve variaties op de buitenspelregel onze leden kunnen bedenken (en misschien zelfs wel uitwerken).